een tot Nieuw-Zeeland behorende groep van 13 kleine, tamelijk hoge rotseilanden in de Grote Oceaan op 47°50' Z.Br. en 179°7' O.L.v.Gr., 650 km ten O. van Nieuw-Zeeland gelegen. Zij beslaan samen 14 km2, zijn waterarm, zonder plantengroei en onbewoond.
Zij worden alleen tijdens de robbenjacht bezocht. Bligh, kapitein van de „Bounty” (zie Pitcairn) ontdekte deze eilanden 17 Sept. 1788.