In de kristallografie worden 32 symmetrieklassen tot zeven stelsels samengevat. Bipyramidaal heten de klassen, waarbij de kristallen aan de boven- en onderzijde door pyramiden begrensd kunnen zijn, dus door bipyramiden.
In elk der tetragonale, hexagonale en trigonale stelsels treden twee bipyramidale klassen op, die gekenmerkt zijn resp. door een 8- en 4-zijdige, 12- en 6-zijdige en 6- en 3-zijdige bipyramide, terwijl in het rhombische stelsel één klasse met een bipyramide met acht vlakken optreedt.