is een scheldnaam, door Michael Cerularius, patriarch van Constantinopel, gegeven aan de R.K. Christenen en vervolgens ook aan de Armeense Christen-Maronieten.
Dit geschiedde bij de scheiding der Oosterse en Westerse Kerk en hij werd door de leden van eerstgenoemde juist aan de vermelde personen gegeven, omdat dezen zich bij de viering van de eucharistie van azymon of ongezuurd brood bedienden. De Griekse Christenen werden door de Latijnse prozymieten genoemd.