Italiaans prozaschrijver (Bologna 8 Sept. 1865 - 10 Mei 1924), leerling van Carducci, is in zijn romans en novellen, door uiterste eenvoud van stijl, helderheid en nauwkeurigheid, een der meest typische schrijvers voor de overgang van de 19de op de 20ste eeuw. Het best is hij in de novelle: Novelle umoristiche (1902), Amore e amore (1913), Zucchetto rosso(1914), II diavolo nel l’ampolla (1918), Top (1922).
Zijn romans zijn: La contessa d'Allmond (1893), l’ave (1896).Lit.: L. Tonelli, Adolfo Albertazzi (1925).