Zuid-Australië is de naam van eene Britsche kolonie in Australië en omvat de in 1836 gestichte eigenlijke kolonie Zuid-Australië aan de zuidkust, welke met het later daarmede vereenigde Alexandraland eene oppervlakte beslaat van bijna 18000 ☐ geogr. mijl, en het daarbij gevoegde Noord-Australië, met eene gezamenlijke uitgebreidheid van ruim 42500 □ geogr. mijl. Het is aan de zuidelijke en noordelijke kusten voorzien van diep-ingesneden baaijen, uitspringende schiereilanden en talrijke eilanden, maar in het binnenland zeer eenvormig, daar het uit vlakten bestaat, welke hier en daar door bergketens zijn afgewisseld, en uit talrijke meren, die tijdelijk met zout water zijn gevuld. Tot deze laatsten behooren: Lake Eyre, Lake Gardner, Lake Torrens en Lake Amadeus. De bodem levert er koper, lood, goud en ijzer.
In 1876 bevonden er zich ruim 213000 inwoners, en onder deze 4000 Australische Negers. Vooral de veestapel is er van groot belang: in 1876 had men er 10700 paarden, 219000 runderen, ruim 6 millioen schapen en 100000 zwijnen. De boofdstad is Adelaïde met omstreeks 32000 inwoners.