Christóphorus Wittichius, een verdienstelijk godgeleerde, geboren den 7den October 1625 te Brieg in Silézië, studeerde eerst te Bremen en daarna te Leiden in de godgeleerdheid, werd in 1651 hoogleeraar in de wiskunde te Herborn, toen in de godgeleerdheid te Duisburg, vervolgens te Nijmegen en in 1671 te Leiden waar hij den 19den Mei 1687 overleed.
Van zijne geschriften vermelden wij: „Disputationes theologicae (1656)”, — „Disputationes de fundamento religionis (1663)”, — „Excercitationes theologicae (1682)”, — „Investigatio epistolae Pauli ad Romanos (1685)”, — „Annotationes in Cartesii meditationes (1688)”, — „Theologia pacifica (1671)”, — en „Investigatio epistolae Pauli ad Hebraeos (1691)”.
