Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Tell

betekenis & definitie

Tell (Wilhelm), de nationale held der Zwitsers, inzonderheid verheerlijkt door Schiller in het treurspel, dat zijn naam draagt, was volgens de mededeeling van den Zwitserschen kroniekschrijver Tschudi (uit de 16de eeuw) een landbouwer uit Bürgeln in het canton Uri en de schoonzoon van Walther Fürst uit Uri. Toen hij op den 18den November 1307 aan den op een paal geplaatsten hoed van den Oostenrijkschen landvoogd Geszier te Altorf niet de voorgeschrevene hulde bewees, werd hem, den vermaarden boogschutter, de straf opgelegd, een appel van het hoofd van zijn zoontje te schieten. Zoodra hij dit gedaan had en de landvoogd hem vroeg, waartoe de tweede pijl diende, welke hij bij zich had, gaf Teil kloekmoedig ten antwoord, dat zij bestemd was voor den landvoogd, bijaldien hij zijn kind getroffen had. Toen deed de landvoogd hem in boeijen slaan en gaf bevel hem met eene boot naar Küsznacht te brengen en aldaar in den toren te werpen.

Op het Vierwaldstatter-Meer echter werd hij met zijne geleiders door een storm overvallen, en men ontdeed den ervaren Teil van zijne boeijen, opdat hij het vaartuig zou kunnen besturen, waarvan deze gebruik maakte om aan den voet van den Axenberg aan wal te springen op eene rots, thans nog de „Tell’s Platte” geheeten, waarna hij zich over het gebergte naar Küsznacht spoedde en in eene berg-engte den landvoogd met een pijl doodde. Van zijne verdere lotgevallen wordt alleen medegedeeld, dat hij in 1315 in den slag bij Morgarten tot de strijders behoorde, en dat hij in 1354 in de Schachenbach omkwam bij eene poging om een kind te redden. Men heeft ernstige bezwaren tegen de geschiedkundige waarheid van dat verhaal, omdat men in oudere kronieken, zooals die van Johannes van Winterthur en van Justinger van Bern, geenerlei vermelding vindt van Tell. De eerste mededeeling van dat verhaal geschiedde door Melchior Busz in onzekere trekken tegen het einde der 15de eeuw. De gedenkteekenen, welke aan de geschiedenis van dezen held herinneren, alsmede de volksliederen, die hem verheerlijken, zijn allen afkomstig uit veel later tijd.

In Uri heeft men geene familie Tell kunnen opsporen. Stukken uit Altorf, waarmede men het bestaan van Tell wilde bewijzen, zijn onecht. De sage van het schieten naar den appel is eene overoude Germaansche volkssage, welke men in een ander kleed ook aantreft in Noorwegen, Engeland, Ijsland en Denemarken. Zij is in Zwitserland ongetwijfeld aan de kroniekschrijvers der 15de eeuw, vermoedelijk aan Saxo Grammaticus ontleend, om daarmede de sage van Zwitserlands bevrijding van het Oostenrijksche juk te versieren.

Tot de plaatsen, welke in verband zijn gebragt met de lotgevallen van Tell, behoort de reeds vermelde „Tell’s Platte” met de „Tell’s Kapelle”. Deze kapél, met fresco’s versierd, verhief zich aan de Axenstrasze, doch moest er bij den aanleg van den St. Gotthardsspoorweg worden afgebroken. Eene andere kapél echter is er in de nabijheid verrezen en zal, met nieuwe fresco’s beschilderd, weldra gereed zijn (Januarij 1880). — Eene andere „Tellskapelle” bevindt zich te Bürglen naast het hôtel „Wilhelm Teil” en wel op de plaats, waar volgens de sage weleer zijne woning zich verhief, — en eene derde in den bergpas of de „hohlen Gasse” tusschen Arth en Küsznacht.

< >