Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 14-08-2018

Prim

betekenis & definitie

Prim (Don Juan), graaf van Reus, markies de los Castillejos, een Spaansch generaal, geboren te Reus in Catalonië, trad reeds vroeg in militaire dienst en klom op in het leger der Christino’s tot den rang van kolonel. Daar hij deelnam aan het verzet der Progressisten tegen Espartéro, den toenmaligen regent, vermoedde men, dat hij tot de aanstokers behoorde van den opstand te Barcelona (1842), zoodat hij zich door de vlugt naar Frankrijk aan eene dreigende gevangenis moest onttrekken. Barcelona koos hem tot lid der Cortes, zoodat hij in 1843 naar Spanje terugkeerde, maar reeds in Mei verhief hij te Reus de oproervaan tegen Espartéro, en na diens val werd hij door de regéring der Moderados tot graaf van Reus en tot generaal van Madrid benoemd. Na het uitbarsten van een nieuwen opstand der Progressisten te Barcelona werd hij derwaarts gezonden, om er de rust te herstellen.

Slechts door geweld kon hij dit oogmerk bereiken, en eerst in den aanvang van 1844 maakte hij zich meester van Fort Figuéras, het laatste bolwerk der opstandelingen. Weldra echter kwam hij in botsing met de bestuurders des lands en nam zijn ontslag uit de dienst. In October werd hij beschuldigd van eene zamenzwering en van een aanslag op het leven van Narvaëz en dientengevolge ter dood veroordeeld, maar ontving door tusschenkomst van invloedrijke vrienden genade van de Koningin, en vertrok tegen het einde van 1844 als kapitein-generaal en stadhouder naar Portorico. In 1850 nam hij weder zitting in het Congrès en plaatste zich aan het hoofd der oppositie tegen de reactionaire ministériën Narvaëz, Bravo Murillo en San Luis. Daar men hem voorts wantrouwde wegens zijne wispelturigheid, zond men hem in 1854 als militair-commissaris voor Spanje naar het leger der Geallieerden in de Krim. Na zijn terugkeer uit het Oosten trad hij in 1856 te Parijs in het huwelijk met eene rijke Mexicaansche, en werd onder het gematigd bestuur van O'Donnell benoemd tot luitenant-generaal en tot lid van den Senaat. In den oorlog tegen Marokko (1859—1860) verwierf hij als bevelhebber der reservedivisie den titel van markies de los Castillejos en den rang van Spaanschen grande van de hoogste klasse. Nadat hij voorts in 1861—1862 aan de korte expeditie naar Mexico deelgenomen had, van welke hij zich losrukte zoodra hij de zelfzuchtige plannen van Napoleon I doorzag, plaatste hij zich in Spanje, waar de Koningin na de aftreding van O'Donnell geheel en al afhankelijk was geworden van de reactionaire partijen, aan het hoofd der anti-dynastieke oppositie en vormde het plan om de Koningin te verdrijven.

Den 2den Januarij 1866 begaf hij zich onder voorwendsel van eene jagtpartij naar Aranjuëz en zocht er een militair oproer te verwekken ter gunste van O'Donnell. Hij vond echter geen bijval en moest met zijne aanhangers de wijk nemen naar Portugal. Daarop hield hij zich geruimen tijd schuil te Londen en te Brussel, en wist door onderhandeling eene overeenkomst te bewerken tusschen de verschillende liberale partijen tot een algemeenen opstand. Deze had plaats in September 1868 en veroorzaakte den val der Koningin, waarop Prim onder het regentschap van Serrano zich eerst met de portefeuille van Oorlog en in 1869 met het voorzitterschap van het ministérie belastte. Hoewel de bekwaamste en invloedrijkste staatsman van Spanje, bood hij weerstand aan de verzoeking om zelf naar de kroon te grijpen, maar was ook geen voorstander eener republiek; hij wilde namelijk een vreemden Vorst met de koninklijke waardigheid bekleeden, maar zelf het roer in handen houden Toen hij eindelijk, na vele mislukte pogingen, in den erfprins Leopold von Hohenzollern den gewenschten candidaat voor den Spaanschen troon gevonden had, verijdelde Frankrijk zijn plan, en toen hij vervolgens de verkiezing van prins Amadéus van Italië had doorgedreven, werd hij in zijn rijtuig te Madrid op den 28sten December 1870 door de schoten van sluipmoordenaars, afgezonden door Gonzalez Bravo, doodelijk gewond, zoodat hij twee dagen later overleed. Verregaande eerzucht bragten dezen begaafden staatsman tot gewetenlooze daden.

< >