Patna is de naam van een regéringsdistrict in de provincie Behar van het Britsch-Indisch presidentschap Bengalen. Het telt op 1116 ☐ geogr. mijl ruim 13 millioen inwoners (1871), is in 6 districten verdeeld en wordt besproeid door de Ganges, terwijl door het dal van deze rivier een spoorweg is gelegd. Het grootste gedeelte van dit district vormt eene vruchtbare vlakte, en alleen aan de grenzen wordt de bodem heuvelachtig. Het dal der Ganges heeft eene gemiddelde warmte van 25—26° C. en is warmer dan de lagere streken van Bengalen, terwijl in het noordelijk gedeelte ter hoogte van 20 tot 50 Ned. el de warmte, weleens daalt tot 2° C. De hoeveelheid regen bedraagt gemiddeld één Ned. el in het jaar.
In drooge jaren valt er niet genoeg ter bevochtiging der veldvruchten, zoodat de bevolking alsdan door hongersnood geteisterd wordt. Dit geschiedde bijv. in 1873—1874. Terwijl te voren in zulke omstandigheden weleens duizenden van gebrek omkwamen, zorgde de regéring, dat er rijst en graan tot in de afgelegenste gehuchten aan de behoeftigen werden uitgedeeld, zoodat er slechts 26 personen de slagtoffere werden van den hongersnood. Om zulke rampen te voorkomen werden voorts bij de rivieren Sone en Gandak groote besproeijingswerken aangelegd, wier hoofdkanalen het noodig vocht verschaffen aan 400000 Ned. bunder land. Mijnen worden er niet gevonden.
Rijst, gerst, gierst, slaapbollen tot het verkrijgen van opium, indigo en katoen zijn er de belangrijkste voortbrengselen van den landbouw. Eene digte bevolking bewoont er groote dorpen en steden. Van haar behooren 9/10de tot de Hindoe’s, en hare taal is het Hindi. — De stad Patna, als heilige stad met eervolle bijnamen bestempeld, ligt ter hoogte van 52 Ned. el boven de oppervlakte der zee op den regter oever van de Ganges en telt nagenoeg 160000 inwoners (1872). Onder de Mogolkeizers was zij de zetel van den gouverneur van Behar; later deden de Engelschen, Denen, Nederlanders en Franschen er factorijen verrijzen, en sedert 1763 behooren het land en de stad aan Engeland. De handel is er aanzienlijk, vooral op Nepal en Calcoetta, en er hebben zich kooplieden gevestigd uit verschillende landen van Europa en Azië.