Oosten de Bruyn (Gerrit Willem van), een verdienstelijk Nederlandsch letterkundige, geboren te Amersfoort den 17den October l717 en overleden nabij die stad op zijn landgoed Randenbroek den 16den Julij 1797, woonde geruimen tijd te Haarlem, waar hij zich in 1755 door het stadsbestuur belast zag met de taak, om eene geschiedkundige beschrijving van deze aloude vest te vervaardigen. Het eerste deel van dit werk is in 1765 in het licht gegeven, doch het vervolg bleef uit, hetgeen om de hooge waarde van het eerste deel door velen werd betreurd. Voorts schreef hij: Latjjnsche „Carmina” en beantwoordde de vraag van het Stolpiaansch Legaat.: „Welke vorderingen hebben in de zedekunde die volken gemaakt, welke de goddelijke openbaring niet gekend hebben?” Ook heeft men van hem een „Discursus de patria potestate (1751)”, — en een „Vita Hadriani Junii”, welk laatste stuk geplaatst is in de Miscellanea critica nova (1751)”.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
