New Orleans, de aanzienlijkste zuidelijke koop- en havenstad der Vereenigde Staten en tevens de hoofdstad van den Staat Louisiana, ligt op den oostelijken oever van de Mississippi, 150 Ned. mijl van haren mond en telt omstreeks 200000 inwoners, onder welke zich 50000 Negers en Kleurlingen bevinden. De stad verheft zich op eene vlakte, die van de rivier afdaalt naar moerassige streken. Om de stad tegen overstroomingen te beveiligen, is haar gebied tot op aanmerkelijken afstand omgeven door een dijk, „Levee” genaamd, die echter meermalen bezweek.
De oude stad heeft de gedaante van een parallelogram, doorsneden van straten, welke elkander regthoekig kruisen. Daarnaast vindt men de voormalige voorsteden St. Mary, Annunciation, La Course en Lafayette, — voorts: Marigny, Daunoisen Declouet, Treme en St. John’s. In het oude gedeelte vormen de hooge, met balcons versierde huizen naauwe straten, doch in het nieuwere zijn deze breed en tellen vele fraaije, moderne gebouwen. De straten langs de rivier hebben eene sikkelvormige gedaante, en de breedste van deze is de Kanaalstraat, welke 58 Ned. el breed en over hare geheele lengte van een aanleg voorzien is, alwaar het standbeeld van Clay zich verheft. De meeste gebouwen zijn van gebakken steen en in het algemeen laag, doch ook wel 3 of 4 verdiepingen hoog. De huizen in de voorsteden, vooral in de voorstad Lafayette, zgn veelal omringd door tuinen met oranje-, citroen- en magnoliaboomen. New Orleans heeft met de voorsteden langs de rivier eene lengte van 10 Ned. mijl, en achterwaarts eene diepte van 8 Ned. mijl naar de zijde van het meer Pontchartrain, waarmede de stad door middel van 2 bevaarbare kanalen verbonden is. Tot de merkwaardigste openbare pleinen behooren: Jackson Square (de voormalige Place d’armes) met een standbeeld van generaal Jackson, Circus Place, te voren Congo Square geheeten, en Lafayette Square. Het nieuwe City Park beslaat eene oppervlakte van 62 Ned. bunders.
De aanzienlijkste openbare gebouwen zijn er: het groote, nog onvoltooide gebouw der inkomende regten, de voormalige munt, het marmeren stadhuis, het marinehospitaal, de kazernes en de beurs. Een voormalig hotel dient er tot vergaderplaats voor de afgevaardigden des volks. Van de 50 kerken, die er zich bevinden, zijn slechts enkele merkwaardig te noemen. Men heeft er een nonnenklooster, een dozijn kerkhoven, onderscheidene gestichten van weldadigheid en 4 schouwburgen. Ten behoeve van het onderwijs heeft men er 4 hoogescholen, 38 lagere scholen, 18 scholen en de universiteit van Louisiana, in 1849 gesticht. De stad is eene stapelplaats van den binnen- en buitenlandschen handel en hiertoe als het ware aangewezen door hare ligging aan eene groote rivier en aan onderscheidene spoorwegen.
Men laadt er vooral katoen, suiker, melasse, tabak en rijst. In vergelijking met den handel is er de fabrieknijverheid van weinig belang; men heeft er eenige ijzergieterijen en suikerraffinaderijen, alsmede groote inrigtingen tot het zamenpersen van katoen. Na het wegruimen der baar aan den mond der Mississippi kunnen schepen met een diepgang van 7 Ned. el tot de stad naderen. De bevolking neemt er echter niet sterk toe, want het ongezonde klimaat doet er gedurig gele koorts ontstaan. Het ongunstigste saizoen omvat de maanden Julij, Augustus en September; alsdan begeven zich de bemiddelde burgers veelal naar elders.
New Orleans werd in 1718 door Bienville gesticht en alzoo genoemd naar den hertog van Orleans, den toemnaligen regent van Frankrijk. In 1723 stonden er 100 hutten met eene bevolking van 200 zielen. In 1762 verviel New Orleans met geheel Louisiana ten westen van de Mississippi aan Spanje, maar keerde na de verovering van Spanje door de Franschen tot Frankrijk terug, en werd in 1803 met het overig gedeelte van Louisiana het eigendom der Vereenigde Staten. In dien tijd waren er 8000 inwoners, en dit aantal was in 1810 meer dan verdubbeld. In 1815 deed generaal Pakenham, bevelhebber van het Engelsche leger, een aanval op de stad, maar werd door de Amerikanen onder generaal Jackson geslagen. Na dien tijd ontwikkelde er zich de handel meer en meer, zoodat New Orleans weldra de stapelplaats werd van het geheele Mississippibekken.