Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Mauritius (1)

betekenis & definitie

Mauritius, door de Franschen Isle de France geheeten, eene Engelsche bezitting, tot de Mascarenhas-eilanden behoorende, ligt ten oosten van Madagascar en 17½ geogr. mijl ten noordoosten van Bourbon op 20°30' Z.B. en 57°15'-57°48' O.L. van Greenwich. Het wordt wel eens de koningin der eilanden van den Indischen Oceaan genoemd, heeft eene langronde gedaante met eene oppervlakte van 21 geogr. mijl en onderscheidt zich door een vulcanischen bodem. Van de meestal steile kusten af rijst het land binnenwaarts allengs hooger met schilderachtige landschappen. Op uitgebreide hoogvlakten verrijzen er 4 boschrijke bergketens met eene gemiddelde hoogte van 650 Ned. el.

Deze bergketens, slechts hier en daar kale rotstoppen vertoonend, omsluiten een ouden, uitgedoofden, met boomen bedekten krater, een van de grootsten der aarde. De hoogste bergtoppen zijn de Piton de la Montagne Noire, de Pieter-Both en de Piton du Pouce, alle tusschen de 8- en 900 Ned. el hoog. Behalve uit basalt bestaat het eiland hoofdzakelijk uit poreuze lava. De kustzoomen zijn gedeeltelijk zamengesteld uit koralenkalk, en deze omringt het eiland als een krans van koraalriffen. Het eiland is ruim voorzien van water, daar uit het binnenland, waar zich onderscheidene vrij groote meren bevinden, niet minder dan 100 beken zeewaarts vloeijen, doch grootendeels des zomers uitdroogen. Het klimaat is er zacht en gezond, doch het eiland wordt nu en dan geteisterd door vreeselijke orkanen, zooals den 1sten Maart 1818 en den 23sten Februarij 1824. De grond is er ongemeen vruchtbaar. Behalve de Europésche gewassen groeijen er ook die der keerkringslanden, zooals kaneel, notemuscaat, indigo, katoen, 13 soorten van bananen, peper, broodvrucht, maniok, ananassen, vanille, pitavlas en vooral suikerriet.

De guano maakt er vooral den grond geschikt voor de suikerteelt. De bevolking, die van 1817 tot aan den tijd der slavenemancipatie in 1838 gestadig verminderde, is door het derwaarts brengen van koeli’s aanmerkelijk vermeerderd; zij bedraagt ruim 344000 zielen (1875). Deze behooren hoofdzakelijk tot 4 stammen, namelijk tot de Chinézen, Indianen, Negers en Madagassen. Er wonen omstreeks 3000 Blanken, meestal van Franschen oorsprong. Men houdt er zich bezig met bebouwing van den grond en met den handel, en deze laatste wordt door de gunstige ligging van het eiland en door goede havens ongemeen bevorderd. Het gewigtigst voortbrengsel is er suiker. De kooplieden onderhouden er handelsbetrekkingen met Engeland en met de voornaamste havens der Indische Zee, en men heeft er een regelmatig stoombootverkeer met Bourbon, de Kaapstad, Aden en Madras. Ook is de zeevisscherij er niet onbelangrijk.

De heerschende godsdienst is er de R. Katholieke, die er haren bisschop heeft, en men gebruikt er de Fransche taal. Onder den gouverneur van Mauritius, ter zijde gestaan door een wetgevend ligchaam, bevinden zich: het eiland Rodriguez, de Sechellen, de Amiranten, de Chagos-eilanden, St. Paul en Nieuw-Amsterdam. De hoofdstad van Mauritius, Port Louis, aan de noordwestzijde fraai gelegen aan eene door basaltgevaarten omslotene baai is goed gebouwd; zij is de zetel van een gouverneur, van een R. Katholieken en Anglicaanschen bisschop, van voldoende regtbanken, telt 66000 inwoners, en heeft eene sterke citadél, een schouwburg, eene hoofdkerk, een gymnasium en onderscheidene andere inrigtingen van onderwijs. Zij is als vrijhaven de hoofdstapelplaats van den handel aldaar. Op een afstand van een paar uren gaans van Port Louis vindt men den botanischen tuin van Pompelmousses. Op de zuidoostkust verheft zich de stad Mahébourg met 9000 inwoners.

Het eiland Mauritius werd, evenals de nabijgelegene eilanden, in 1505 door den Portugees Pedro Mascarenhas ontdekt en behoorde tot 1598 aan de Portugézen, en daarna aan de Nederlanders, die het naar prins Maurits noemden. Nadat de Nederlanders het eiland in 1710 verlaten hadden, werd het in 1715 door de Franschen bezet en Isle-de-France genoemd. In 1810 maakten de Engelschen zich van dit eiland meester en herstelden den voormaligen naam, terwijl zij het bij den Vrede van Parijs in 1814 behielden. Mauritius is het tooneel, waar Bernardin de St. Pierre de hoofdpersonen plaatst van zijn bevallig verhaal: „Paul et Virginie.”

< >