Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Manutius

betekenis & definitie

Manutius (Aldus), in het Italiaansch Manuzio, Manuzzi of Manucci, een hoogst verdienstelijk uitgever van klassieke werken, werd geboren in 1449 te Bassiano bij Velletri, studeerde aldaar, te Ferrara en te Rome, weshalve hij den bijnaam van Romanus voerde, en werd onderwijzer van den jeugdigen prins te Capri, Albertus Pius, die hem vergunde zich Pius te noemen. In 1482 ging hij naar Mirandola en eerst op rijperen leeftijd leerde hij te Verona de Grieksche taal, waarna hij eene drukkerij stichtte te Venetië. Hij droeg veel bij tot verbetering der boekdrukkunst, daar hij de karakters van het monnikenschrift afschafte en de antiqua invoerde. Ook is hij de uitvinder der cursieve letters, terwijl hij de leesteekens verrijkte en de eerste was, die gebruik maakte van de dubbele punt en comma-punt.

Daarenboven legde hij zich toe op het uitgeven van zuivere teksten. Daartoe vereenigde hij in zijn huis een geleerd genootschap, welks leden de schrijvers en geschriften, door hem voor de uitgaven bestemd, bespraken. Zijne eerste Grieksche uitgaven waren eene Grieksche spraakkunst van Lascaris en het gedicht van Musaeus (1494). wij zijn hem 28 „editiones principes” van Grieksche schrijvers verschuldigd. Tot zijne eigene geschriften behooren: „Institutiones grammaticae graecae (1515)”, — „Dictionarium Graecum (1497 en later)”, — „Institutiones Graeco-Latinae (1501 en 1508)”, — en„ Introductio perbrevis ad Hebraicam linguam (1501).” Vooral zijne parkementdrukken zijn voortreffelijk. De pausen Julius II en Leo X schonken hem aanmerkelijke voorregten, en hij overleed den 3den Februarij 1515 aan de wonden, hem door 3 sluipmoordenaars toegebragt. — Zijn derde zoon Paulus, geboren te Venetië den 12den Junij 1511, legde zich vooral toe op de Latijnsche taal, zag zich te Rome belast met het beheer der Apostolische drukkerij, welke uitgaven der Kerkvaders leverde, en kwam in 1533 aan het hoofd der drukkerg zijns vaders te Venetië, alwaar hij den 6den April 1674 overleed.

Hij heeft werken van Grieksche en Romeinsche schrijvers uitgegeven, waaronder vooral die van Cicero vermelding verdienen, en ook zelf: „Epistolae et praefationes (1558)” nagelaten. — Aldus Manutius de Jongere, een zoon van den voorgaande, werd geboren den 13den Februarij 1547 en schreef op 14-jarigen leeftijd reeds eene verhandeling over de Latijnsche orthographie. Vervolgens zette hij de studie der oude talen voort te Venetië, Bologna, Pisa en Rome, en overleed in laatstgenoemde stad den 28sten October 1597, nadat hij de drukkerij van zijn vader eerst een tijdlang voortgezet, doch later verkocht had. Men heeft van hem verklarende noten op Vellejus Paterculus, Horatius, SalIustius en Eutropius en onderscheidene verhandelingen over Romeinsche oudheden. Het teeken der Manutius-uitgaven (Aldijnsche drukken) is een anker, omkronkeld door een dolfijn, somtijds met het bijschrift: „Sudavit et alsit”.

< >