Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Lamarque

betekenis & definitie

Lamarque (Maximilien, graaf), een Fransch generaal en staatsman, geboren den 22sten Julij 1770 te St. Sever in het departement Landos, betoonde zich reeds vroeg een voorstander der Revolutie en trad in 1791 in krijgsdienst. Met de voorhoede van de armee der Pyreneën overviel hij in 1793 met 700 grenadiers Fuentarabia, veroverde deze plaats en maakte 80 kanonnen en 800 krijgsgevangenen buit. Tot belooning van dit heldenfeit werd hij bevorderd tot adjudant-generaal en diende in die betrekking in Italië en aan de Rijn.

Na den Vrede van Luneville voerde hij in Spanje als brigade-generaal bevel onder Leclerc. Als zoodanig diende hij ook in 1805 gedurende den veldtogt in Duitschland. Na het sluiten van den vrede zou hij Joseph Bonaparte naar Napels vergezellen; op deze reis werd hij in Tyrol onder eene lawiene bedolven, doch gelukkig gered, en in Beneden-Italië moest hij zich met 8 krijgsmakkers tegen de 50 man sterke bende van Fra Diavolo verdedigen. Zijn loffelijk gedrag te Napels bragt koning Joseph tot het besluit om hem tot chef van den generalen staf te benoemen, maar hij wees die betrekking van de hand en zag zich in 1807 door Napoleon tot divisie-generaal bevorderd. Toen in 1808 koning Murat hem de overrompeling opdroeg van het eiland Capri, hetwelk door de Engelschen zorgvuldig was versterkt en door Hudson Lowe verdedigd werd, volvoerde hij dat stoute waagstuk in den nacht van den 4den op den 5den October. Daarna stond hij onder den Onderkoning van Italië aan het hoofd van eene divisie gedurende den veldtogt van 1809. Hij nam bij Laibach 5000 Oostenrijkers gevangen, veroverde 65 kanonnen en onderscheidde zich in den slag bij Wagram door zijn moed. Na een kortstondig verblijf in Italië begaf hij zich naar Spanje, waar hij onder zeer moeijelijke omstandigheden tot aan den val van Napoleon vertoefde en de algemeene achting verwierf door zijne geestkracht, dapperheid en menschenliefde.

Bij de eerste Restauratie nam hij zijn ontslag, en na den terugkeer van Napoleon belastte hij zich met het opperbevel in de Vendée, waar hij veel gematigdheid aan den dag legde. Toen de Bourbons nogmaals verschenen, nam hij de wijk naar België, maar ontving in 1818 verlof om zich weder in Frankrijk te vestigen. Als vaderlandlievend burger en als krijgsman gaf hij tot aan 1826 eene reeks van geschriften in het licht, waarin hij voorstellen deed — doch te vergeefs — tot reorganisatie van het leger. In 1828 nam hij als afgevaardigde van het departement Landes zitting in de Kamer, waar hij zich bij de oppositie voegde. Ook na de Julij-revolutie van 1830 verzette hij zich tegen de staatkunde der regéring. Bij het ontstaan van volksbewegingen in de Vendée zag hij zich nogmaals bekleed met het opperbevel in de westelijke departementen, doch ontving weldra wegens zijne staatkundige gevoelens zijn ontslag. Hij overleed den 1sten Junij 1832, en zijne begrafenis gaf aanleiding tot eene bloedige botsing in de straten te Parijs Zijne „Mémoires” zijn in 1835 in het licht verschenen.

< >