Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Jay

betekenis & definitie

Jay (Antoine), een geestig Fransch schrijver, geboren den 20sten October 1770 in het departement der Gironde, studeerde te Niort, Nantes en Toulouse in de regten, en geraakte in de dagen der Revolutie, schoon een ijverig voorstander van deze, in de gevangenis. In 1795 echter zag hij zich als ambtenaar geplaatst te Libourne, doch legde eerlang die betrekking neder en deed in 1796 eene reis naar de Vereenigde Staten. Na zijn terugkeer in 1802 werd hij advocaat en belastte zich met het onderwijs der kinderen van den minister Fouché. Zijn antwoord op eene in 1806 door de Fransche Académie uitgeschrevene prijsvraag, namelijk: „Tableau littéraire du 18me Siècle” verwierf in 1810 de helft van den uitgeloofden prijs en zijn „Eloge de Montaigne” in 1812 het accessit.

In laatstgenoemd jaar werd hij hoofdredacteur van het „Journal de Paris”, terwijl hij tevens de uitgave bezorgde van den „Glaneur”. In 1813 werd hij hoogleeraar in de geschiedenis aan het Athenaeum en gedurende de Honderd Dagen vaardigde het departement der Gironde hem af naar de Kamer van Gedeputeerden. De door hem gestelde adressen (28 Junij 1815) van de Fransche regering aan het Fransche leger vóór de poort van Parijs bragt hij over naar het hoofdkwartier van Davoust. Na de tweede restauratie gaf hij zijne: „Histoire du ministère du Cardinal Richelieu (1815, 2 dln)” in het licht, en was met Etienne redacteur van den „Constitutionnel” en voorts in 1815 van de „Minerve”. De liberale rigting der door hem, Jouy, Arnauld en Norvins geredigeerde: „Biographie des contemporains” bezorgde hem kerkerstraf te Ste Pélagie.' Jouy was zijn lotgenoot, en met dezen vervaardigde hij er: „Les hermites en prison ou consolations de Ste Pélagie (1823, 2 dln)”. Eindelijk vermelden wij zijne: „Oeuvres littéraires(1831,4 dln)”. Na de July-omwenteling werd hij lid van de Académie van Wetenschappen, en overleed in Chambreville den 9den April 1854.

< >