Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Héricourt

betekenis & definitie

Héricourt, een stadje met 3000 inwoners in het Fransche departement Haute-Saône, is merkwaardig door de gevechten van 15, 16 en 17 Januarij 1871, waarin de Pruissische generaal von Werder met het 14de armeekorps — 35000 Pruissen en Badenschen — tegen 160000 man Franschen onder Bourbaki zegevierend streed. Reeds vóór die dagen hadden kleine ontmoetingen vele gevangenen in handen der Duitschers gebragt. De bewegingen van von Werder, het zenden der Badensche divisie in de flank van den vijand en het leggen van eene brug over de Oignon, misleidden Bourbaki geheel en al. In de nabijheid van Villersexel ontwikkelde deze meer en meer zijne krachten; hij verwachtte er een grooten veldslag, en was verbaasd, toen hij den 10den Januarij den aftogt van het 14de korps opmerkte, hetwelk door zijne geheime bewegingen zich in verband had gesteld met de belegeringstroepen vóór Belfort.

Na het verwerven van dat voordeel vestigde von Werder zijn hoofdkwartier te Brévilliers bij Héricourt. Daar had de slag plaats tegen eene 4-dubbele overmagt, terwijl de Duitschers tevens blootstonden voor een uitval uit Belfort. De bekwame Pruissische generaal nam uitstekende maatregelen om elke overrompeling te voorkomen. De verdediging van het centrum werd toevertrouwd aan generaal von Schmeling, die der vleugels aan de generaals Debschütz en von Degenfeld met von der Goltz, terwijl de generaals von Glümer en Keller de reserve kommandeerden. Van de zijde der Franschen werd het 20ste armeekorps, van Villersexel komend, tegen den regtervleugel der Duitschers, het 18de (met het 24ste in reserve) tegen het centrum te Héricourt, en het 15de tegen den linkervleugel uitgezonden, terwijl zich de artillerie met meer dan 100 stukken en 2 batterijen mitrailleuses in de voorhoede bevond. De 3 dagen van den veldslag onderscheidden zich dan ook door merkwaardige artillerie-bewegingen.

Van Duitsche zijde kon, wegens het geringe aantal, van een aanval geene sprake wezen ; men diende er zich slechts te beijveren de ingenomen stellingen te behouden, — vooral die te Héricourt. Den 15den Januarij maakten de Franschen zich meester van onderscheidene omliggende dorpen, doch bij de geweldige verwoestingen, die de Duitsche artillerie aanrigtte, kon de Fransche infanterie geen voet gronds bekomen van de stellingen der Duitschers. Den volgenden dag deden de Franschen eenige afzonderlijke aanvallen en wierpen zich des namiddags met eene groote overmagt op den regtervleugel, die eenige stellingen verloor, welke echter des nachts grootendeels door generaal Keller heroverd werden. Den 17den Januarij vielen zij weder in handen van de Franschen, die evenwel des avonds door een algemeen oprukken der Duitschers teruggedrongen werden, zoodat hun niets anders overbleef dan af te trekken, waarna von Werder bevel gaf den vijand te vervolgen. Deze verloor tot den 24sten Januarij 2000 gevangenen en 3tot 4000 dooden en gewonden. Het aantal dooden en gewonden aan de Duitsche zijde bedroeg 60 officieren en 1500 manschappen.

< >