Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 06-08-2018

Elaeïs L. of oliepalm

betekenis & definitie

Elaeïs L. is de naam van een plantengeslacht uit de familie der palmen. Het onderscheidt zich door tot afzonderlijke kolven vereenigde mannelijke en vrouwelijke, 6-bladige, papierachtige, gele bloemen, eene dubbele bloemscheede en eene oliehoudende, vezelige vrucht. Het omvat palmen met een vrij dikken, met lidteekenen bedekten, veelal nederliggenden tronk en stekelige bladstelen. Tot de soorten behoort E. guineensis Jacq., uit Guinea afkomstig, maar naar Brazilië en West-Indië overgebragt.

Deze boom wordt 10 Ned. el hoog, heeft bladeren ter lengte van 5 Ned. el, en bezit opstaande, in 80 of 90 takken verdeelde aren met kleine bloemen, die sterk naar anijs rieken. Aan zulk eene aar, die wel eens een gewigt heeft van 20 Ned. pond, hangen 6of' 800 vruchten ter grootte van een duivenei. Deze zijn geelachtig-rood, gevlekt, naar viooltjes riekend en zoo vol olie, dat men er deze met de vingers kan uitpersen. Zij wordt bij het bereiden van spijs, als brandstof, tot het zalven der huid, en vooral tot het vervaardigen van zeep aangewend, weshalve zij tot de belangrijkste handels-artikelen behoort. Zij heeft de gedaante van een boterachtig, geel vet, dat bij 37° C. smelt en bij eene aanhoudende temperatuur van 100°C. wit wordt. Engeland verbruikt jaarlijks 20 millioen Ned. pond. Ook het wagensmeer der spoortreinen wordt van palm-olie bereid.

< >