Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 06-08-2018

Duval

betekenis & definitie

Duval. Onder dezen naam vermelden wij:

Valentin Jameray Duval, bibliothecaris van keizer Frans I. Hij werd geboren in 1695 te Artonay in Champagne, oefende zich als schaapherder zonder noodzakelijkheid uit boeken, die hij zich met opoffering verschafte, in de astronomie en de geographie, en werd door den prins van Lotharingen in de gelegenheid gesteld, om zijne studiën te Pont-à-Mousson voort te zetten, waarna hij door hertog Leopold tot bibliothecaris en tot hoogleeraar in de geschiedenis aan de ridder-académie te Luneville benoemd werd.

Later ging hij met de boekerij van den hertog naar Florence, waarna keizer Frans I hem met het opzigt belastte over de verzameling van munten en medailles te Weenen, waar hij den 13den September 1775 overleed. Zijne „Oeuvres” zijn in 1784 en in 1785 in het licht verschenen.

Amaury Pineux Duval, een Fransch oudheidkundige. Hij werd geboren te Rennes den 28sten Januarij 1760, onderscheidde zich reeds in 1780 in het Parlement van Bretagne door zijne welsprekendheid, zag zich in 1785 benoemd tot secretaris van legatie te Napels, in 1792 bij de Republiek te Rome, en verliet in 1797 de staatsdienst, om met eenige anderen de „Décade philosophique” uit te geven. Onder het Directoire was hij benoemd tot chef de bureau voor kunst en wetenschap bij het departement van Binnenlandsche zaken, en in 1811 werd hij lid van het Instituut. In 1815 verloor hij eerstgenoemde betrekking, en hij overleed den 12den November 1838.

Zijn werk „Des sépultures chez les anciens et les modernes" droeg de bekrooning weg. Hij leverde den tekst voor het werk van Denon „Monuments des arts et du dessin chez les peuples tant anciens que modernes (4 dln)”, voor het boek van Baltard „Paris et ses monuments”, — en voor dat van Moisy „Fontaines de Paris, anciennes et nouvelles (1813)”. Hij bezorgde voorts uitgaven der werken van Montaigne en Scarron, en was een ijverig medewerker aan de „Histoire littéraire de la France.” Alexandre Vincent Pineux Duval, een verdienstelijk Fransch tooneeldichter en een broeder van 'den voorgaande. Hij werd geboren te Rennes den 6den April 1767, trad in dienst der marine, nam deel aan den Amerikaanschen oorlog, was daarna secretaris van Gedeputeerde Staten van Bretagne, later ingenieurgeograaf bij den aanleg van het kanaal van Dieppe en wijdde zich vervolgens aan de bouwkunst.

Door de stormen der Revolutie buiten betrekking geraakt, betrad hij het tooneel, streed daarna in den eersten omwentelingsoorlog, en werd in de gevangenis geworpen. Na den Therraidor herkreeg hij zijne vrijheid en verwierf weldra grooten roem als blijspeldichter. In 1812 werd hij lid der Fransche Académie, in 1830 conservator der bibliotheek van het Arsenaal, en hij overleed den 9den Januarij 1842. Hij heeft niet minder dan 152 stukken voor het tooneel geschreven, en eene verzameling van zijne werken aanschouwde reeds in 1822 in 9 deelen het licht.

Robbert Duval, een Nederlandsch schilder. Hij werd geboren te ’s Hage in 1644, genoot het onderwijs van Nicolaas Wieling en bezocht vervolgens Rome en Venetië. Koning Willem III belastte hem na zijn terugkeer met het opzigt op de schilderijen, in het Kabinet van het Loo aanwezig, en zond hem naar Londen, om op Hampton-Court de cartons van Rafaël in orde te brengen en te plaatsen. Bij herhaling was hij deken van de Haagsche schildersvereeniging en directeur der Académie aldaar. Hij overleed in 1732 en heeft in weerwil van zijne groote talenten slechts weinig schilderijen nagelaten.

J. J. Th. Duval, een Nederlandsch geleerde. Hij schreef „De vera mente foederis Trajectini circa gubernatores Hollandiae et Zeelandiae (1789)”, in het Nederlandsch uitgegeven onder den titel „Geschied- en staatkundige verhandeling van het recht verband der Unie van Utrecht, met betrekking tot de stadhouders van Holland en Zeeland (1790).”

< >