Dmitriew (Iwan Iwanowitsj), een Russisch dichter en staatsminister, werd geboren in het gouvernement Simbirsk den 21sten September 1760, ontving zijne opleiding aan eene militaire school te Petersburg, trad in dienst, doch nam als kolonel zijn ontslag toen keizer Paul de regéring aanvaardde. Daarna werd hij opper-procurator in den Senaat, doch nam zijn afscheid met den titel van geheimraad. Ten tijde van keizer Alexander belastte hij zich met de portefeuille van Justitie, doch keerde na 4 jaar terug tot het ambteloos leven. Hij overleed te Moskou den 15den October 1837, en eene rijke boekverzameling en vele voorwerpen van kunst behoorden tot zijne nalatenschap.
Vele van zijne liederen zijn het eigendom geworden des volks, en merkwaardig is vooral zijn lyrisch-épisch gedicht „Jermak”. Voorts leverde hij fabels in den trant van Lafontaine en hekeldichten. Zijne gezamenlijke werken zijn sedert 1795 tot 5-maal toe in het licht verschenen.