Conradi. Onder dezen naam vermelden wij:
Petrus Conradi, een Nederlandsch godgeleerde , geboren te Leeuwarden in 1707. Hij zag zich in 1735 benoemd tot académie-prediker en in 1741 tot hoogleeraar te Franeker, terwijl de godgeleerde faculteit te Groningen hem met den rang van doctor versierde. Hij overleed te Franeker den 24sten Junij 1781. Hij wordt geroemd als een uitstekend redenaar, en heeft eenige Latijnsche redevoeringen in het licht gegeven.
Johann Wilhelm Heinrich Conradi, een verdienstelijk Duitsch geneesheer. Hij werd geboren te Marburg den 22sten September 1780, studeerde aan de universiteit aldaar, vestigde er zich als privaatdocent, zag er zich eerst tot buitengewoon en in 1805 tot gewoon hoogleeraar in de geneeskunde benoemd, vertrok in 1814 in dezelfde betrekking naar Heidelberg, waar hij in 1820 den titel van geheim Hofraad ontving, en begaf zich in 1823 als academisch leeraar en practisch geneesheer naar Göttingen, waar hij tevens als schrijver uitmuntte, en overleed aldaar den 17den Junij 1761. Van zijne geschriften noemen wij: „Gundriss der Pathologie und Therapie (1811, 6de uitgave 1840)”, — „Handbuch der allgemeinen Therapie (1833, 6de uitgave 1831)”, — en „Handbuch der Speciellen Pathologie und Therapie (1831— 1833, 2 dln, 4de uitgave)”.
