zout - Zelfstandignaamwoord
1. alledaagse naam voor keukenzout bedoeld (natriumchloride)
♢ Kunt u het zout even doorgeven?
2. (scheikunde) een verbinding die bestaat uit een metaal en een zuurrest
♢ Salmiak is een zout van ammonia en zoutzuur.
3. één van de vier smaak|smaken
zout - Bijvoeglijk naamwoord
1. zout bevattend of zout smakend
zout - Werkwoord
1. enkelvoud tegenwoordige tijd van zouten
2. gebiedenwijs van zouten
Uitdrukkingen en gezegden
♦ Het zout in de pap niet verdienen
heel erg weinig verdienen
♦ Iets met een korreltje zout nemen
iets beschouwen als overdreven
♦ Met het zout komen als het ei op is.
met een oplossing komen als het probleem er niet meer is
♦ Op alle slakken zout leggen
over alle onbelangrijke dingen/ kleinigheden commentaar hebben/klagen
Verwante begrippen
zoet, zuur, bitter
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: