zijzelf - Persoonlijk voornaamwoord
1. versterkte vorm van zij (f) enkelvoud
♢ Zijzelf is hier nooit geweest.
2. versterkte vorm van zij meervoud
♢ Zijzelf hebben daar niet aan deelgenomen.
Woordherkomst
samenstelling van zij en zelf
Gepubliceerd op 30-10-2017
zijzelf
betekenis & definitie