volbloed - Zelfstandignaamwoord
1. van een zuiver ras
♢ Het paard van de buren was een volbloed.
volbloed - Bijvoeglijk naamwoord
1. van een zuiver ras zijn, van een onvermengd ras
♢ Het volbloed paard werd verkocht.
Woordherkomst
samenstelling van vol en bloed
Gepubliceerd op 31-10-2017
volbloed
betekenis & definitie