Gepubliceerd op 01-11-2017

teelt

betekenis & definitie

teelt - Zelfstandignaamwoord
1. het kweken
2. dat wat geteeld is

teelt - Werkwoord
1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van telen
♢ Jij teelt
2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van telen
♢ Hij teelt
3. verouderde gebiedende wijs meervoud van telen
teelt!

Verwante begrippen
bouw, cultuur, gewas, verbouwing