Gepubliceerd op 01-11-2017

stukslaan

betekenis & definitie

stukslaan - Werkwoord
1. (ov) slaan tot iets breekt
De inbreker had een ruitje stukgeslagen.
2. (ov) (spreektaal) (figuurlijk) uitgeven van geld voor vermaak
Aan de bar kon hij op een avond gemakkelijk 200 euro stukslaan.
3. ergatief gebroken raken
Het schip was op de rotsen stukgeslagen.

Woordherkomst
samenstelling van stuk(bijwoord) en slaan(werkwoord)

Synoniemen
kapotslaan