Gepubliceerd op 04-12-2017

kruiperig

betekenis & definitie

kruiperig - Bijvoeglijk naamwoord
1. onderdanig zijn ten op zichte van iemands meerdere
De kruiperige boekhouder durfde zijn baas er niet op te wijzen dat het bedrijf grote verliezen aan het lijden was.
De kruiperige lakei zei altijd ja en amen tegen de koning.

Woordherkomst
Naamwoord van handeling van kruipen met het achtervoegsel -erig

Synoniemen
slaafs, slijmerig, vleierig, onzelfstandig, serviel