informeren - Werkwoord
1. (ov) inlichten
♢ Hij is daarover omstandig geïnformeerd.
2. (inerg) vragen naar inlichting
♢ Er is een paar maal geïnformeerd naar de voortgang van de procedure.
3. (refl) zich ~ zichzelf van informatie voorzien
♢ Hij had zich daarover niet voldoende geïnformeerd.
Woordherkomst
afgeleid van het Franse informer met het achtervoegsel -eren
Verwante begrippen
berichten, inlichten, voorlichten
Gepubliceerd op 04-12-2017
informeren
betekenis & definitie