Definities van Nederlandstalige WikiWoordenboek in de Ensie A
- aanvijzen
- aanvijzend
- aanving
- aanvingen
- aanvink
- aanvinken
- aanvinkend
- aanvinkt
- aanvinkte
- aanvinkten
- aanvlieg
- aanvliegen
- aanvliegend
- aanvliegroute
- aanvliegrouten
- aanvliegroutes
- aanvliegroutetje
- aanvliegroutetjes
- aanvliegt
- aanvlogen
- aanvloog
- aanvocht
- aanvochten
- aanvoegend
- aanvoegende
- aanvoegende wijs
- aanvoegends
- aanvoel
- aanvoelde
- aanvoelden
- aanvoelen
- aanvoelend
- aanvoelingsvermogen
- aanvoelingsvermogens
- aanvoelt
- aanvoer
- aanvoerde
- aanvoerden
- aanvoerder
- aanvoerders
- aanvoerdersband
- aanvoerdersbanden
- aanvoerdersbandje
- aanvoerdersbandjes
- aanvoerdertje
- aanvoerdertjes
- aanvoeren
- aanvoerend
- aanvoerhaven
- aanvoerhavens
- aanvoerhaventje
- aanvoerhaventjes
- aanvoering
- aanvoeringen
- aanvoerster
- aanvoersters
- aanvoerstertjes
- aanvoert
- aanvraag
- aanvraagdata
- aanvraagdatum
- aanvraagdatumpje
- aanvraagdatumpjes
- aanvraagdatums
- aanvraagde
- aanvraagden
- aanvraagformulier
- aanvraagformulieren
- aanvraagformuliertje
- aanvraagformuliertjes
- aanvraagje
- aanvraagjes
- aanvraagprocedure
- aanvraagprocedures
- aanvraagproceduretje
- aanvraagproceduretjes
- aanvraagt
- aanvraagtermijn
- aanvraagtermijnen
- aanvraagtermijntje
- aanvraagtermijntjes
- aanvrage
- aanvragen
- aanvragend
- aanvrager
- aanvragers
- aanvragertje
- aanvragertjes
- aanvrat
- aanvraten
- aanvreet
- aanvreten
- aanvretend
- aanvroeg
- aanvroegen
- aanvulde
- aanvulden
- aanvullen
- aanvullend
- aanvullende