Gepubliceerd op 14-11-2017

eindeloos

betekenis & definitie

eindeloos - Bijvoeglijk naamwoord
1. waaraan geen einde komt of althans schijnt te komen
Die eindeloze oorlog is een bron van veel ellende.
2. heel fijn
Het was een eindeloze vakantie mooi weer, geen wind, lekker zonnetje en toch niet te warm.

Woordherkomst
Afgeleid van einde met het achtervoegsel -loos