Gepubliceerd op 03-10-2017

daarop

betekenis & definitie

daarop - Voornaamwoordelijk bijwoord
(scheidbaar)
1. op dat, op die
    ♢ Daarop zet je een vaas met bloemen.
    ♢ Zie je de lijst? Daarop kun je je naam schrijven.
daarop - Bijwoord
1. op een tijdstip vlak na het genoemde
    ♢ Na een paar replieken werd het debat gesloten. Daarop kwam 't hoofdpunt ter sprake.

Woordherkomst
samenstelling van daar en op