aanslag - Zelfstandignaamwoord
1. het aanslaan van iets
2. (muziek) wijze van aanslaan van toetsen
♢ Het meisje had een mooie aanslag op de piano.
3. (juridisch), (financieel) vordering van de belastingdienst
♢ De aanslag werd in Nederland verzonden in de beruchte blauwe envelop.
4. terroristische aanval
♢ De aanslag op de twin towers is de bekendste terroristische aanslag.
5. korst afgezet vuil
♢ In het huis van de alcoholist waren alle wastafels bedekt met een vieze aanslag.
6. (techniek) een voorziening op een rail of as die de bewegingsruimte van een of ander mobiel onderdeel beperkt
Woordherkomst
Substantivering van "aanslaan"
Synoniemen
[2] toucher
[3] belastingaanslag
[5] afzetting
[6] eindstop, stootblok, stuit
Verwante begrippen
[1] kerkklok, [2] pianotoets, [3] belastingheffing, vordering, [4] hinderlaag, overval, [5] beslaan, ketelsteen, [6] doorslaan, gordijnrail, schokbreker, veerweg
Gepubliceerd op 31-10-2017
aanslag
betekenis & definitie