aangetrouwd - Bijvoeglijk naamwoord
1. (familie) aangehuwd; door het huwen lid worden van een familie
♢ De aangetrouwde familieleden worden ook wel de koude tak genoemd.
♢ De man van mijn zus is een aangetrouwd familielid en wordt wel zwager genoemd.
Woordherkomst
samenstelling van aan en getrouwd
Gepubliceerd op 31-10-2017
aangetrouwd
betekenis & definitie