Jargon & Slang van Wielrenners

Marc De Coster (2017)

Gepubliceerd op 31-03-2017

Kloot

betekenis & definitie

Kloot - 'de kloten vol hebben': veel doping gebruikt hebben. Vgl. Fr. charger la mule. 'Met kapotte kloten op de fiets zitten': kapot, dood zitten. 'Z'n kloten afdraaien': hard werken, zich afbeulen. Vlaamse uitdr. In Nederland alleen in wielerterminologie.