geb. in Nederland (Breda?) in 1744, overl. te Tiverton (Devon) 7 Maart 1797, was de zoon van Robert Stedman, officier in de Schotsche brigade in dienst van de Staten-Generaal, en Antoinette, Christine van Ceulen. Hij nam in 1760 dienst bij Generaal John Stuart's regiment in de Schotsche brigade en vergezelde in 1773, na door den Stadhouder Willem de Vde tot kapitein te zijn bevorderd, de krijgsmacht, die onder Fourgeoud naar Suriname gezonden werd om de Boschnegers te bestrijden (zie KRIJGSMACHT).
In de gevechten tegen deze benden, later uitvoerig door hem beschreven, onderscheidde hij zich zeer. Bekend is zijne liefdesgeschiedenis met de jonge slavin Johanna, een schoone mulattin, die hem een zoon schonk. Deze geschiedenis heeft de stof geleverd voor een komediestuk en een roman (zie ROMANS EN DICHTWERKEN). In 1777 in Nederland teruggekeerd, werd hij aangesteld tot kapitein in het regiment van Generaal Stuart en spoedig daarna bevorderd tot majoor. Bewindhebbers van de kolonie Berbice boden hem de betrekking van vice-gouverneur dier kolonie aan, maar hij bedankte omdat de door hem gestelde voorwaarden niet ingewilligd konden worden. Hij bleef in de Schotsche brigade dienen tot deze in 1783 ophield te bestaan.
Wegens den oorlog met Engeland verliet hij de Nederlanden, na van den Prins van Oranje den rang van luitenant-kolonel te hebben verkregen, en ging in Engelschen dienst. Vóórzijn vertrek trad hij 2 Febr. 1783 in het huwelijk met Adriana Wierts van Coehoorn, een verre verwante van Menno van Coehoorn. Johanna was 5 Nov. 1782 overleden.
In 1796 verscheen te Londen in 2 deelen in 4o. zijn Narrative of a five years' expedition, against the revolted negroes of Surinam, enz. illustrated with 80 elegant engravings from drawings made by the author. Een tweede uitgave verscheen te Londen in 1813 in 2 deelen in 8o, een verkorte Duitsche bewerking, Halle 1797, een Fransche vertaling door P.F. Henry, Paris, an VII (1798) in 3 deelen met
afzonderlijken atlas, een verkorte Hollandsche vertaling door J.D. Pastour, in 2 deelen, Leiden 1799, waarbij de Duitsche bewerking gevolgd is, en in hetzelfde jaar te Amsterd. een Hollandsche vertaling in 4 deelen naar de Fransche uitgave bewerkt.