Kanosport - I. Met toerboten. Eén- of tweepersoons boten, waarvan zowel de afmetingen als het gewicht vrij zijn.
De meest voorkomende maten zijn: lengte 4,5 6 m, b. 0,55 max. 0,85 m. Gebouwd van watervast triplex of gewapend polyester.
2. Met wedstrijdboten. De klasse voorschriften hiervoor zijn vastgesteld door de International Canoe Federation (I.C.F.). Het zijn beperkte klassen waarvan de maximum lengte, de minimum breedte en het gewicht zijn bepaald. De voorschriften zijn internationaal erkend. Voor vlak water worden de K (kajak)-klassen gebruikt.
Men onderscheidt de K.I., de K.II, en de K.4 voor resp. één, twee of vier personen. Ze worden gebouwd van gevormd plakhout of gewapend polyester. Het zijn uiterst verfijnde scheepjes en daardoor vrij duur in prijs.
Ook in de Canadese kano’s worden wedstrijden gehouden, en wel in de klassen C.I en C.II resp. voor één en twee personen. Ook dit zijn beperkte klassen, waardoor lengte, breedte en gewicht aan bepaalde eisen moeten voldoen. Bij wedstrijden zitten de bemanningsleden op één knie en gebruiken de steekpeddel. Een uitschieter vormt de C.io, een bijzonder lange boot met de vorm van een Canadese kano, die plaats biedt aan 10 personen, die gelijk over SB en BB verdeeld zijn. Ze zitten op kleine bankjes en gebruiken elk een steekpeddel. Er worden maar weinig wedstrijden in deze C.10 gehouden.
Een laatste groep: de wildwaterboten. In Nederland zijn de mogelijkheden voor het beoefenen van de wildwatersport gering. De belangstelling voor deze sport is sterk groeiende. In NoordBrabant en Limburg wonen vele beoefenaars, die op internationaal niveau een goed figuur slaan. Er wordt gevaren in de éénpersoons kajak K.I. en de één- en tweepersoons Canadezen C.I en C.1I.
Alle boten zijn vrijwel volledig afgedekt en zijn voorzien van zeer kleine kuipjes, die bovendien nog worden afgesloten met een spatzeil. De klasse-voorschriften zijn erg ruim en de modellen vertonen ook sterke verschillen. De boten worden hoofdzakelijk van gewapend polyester gebouwd. In de kajakklasse nemen nog wel vouwboten deel aan de wedstrijd, maar ze verdwijnen langzamerhand.
3. Zeilkano’s. Er zijn in Nederland nog maar enkele exemplaren zeilkano's van de A-klasse. Het is een beperkte klasse, waarvan lengte, breedte, holte en zeiloppervlak aan bepaalde eisen moeten voldoen. Het zijn snelle en uitermate sportieve zeilboten, die echter weinig populair zijn.