is de bekende Nederlandse staatsman van Katholieken huize. Geboren in Roermond 1 Dec. 1873, studeerde hij te Utrecht en Leiden in de rechten en vestigde zich als advocaat te Maastricht.
In 1903 werd hij lid van de Tweede Kamer, in 1918 Commissaris der Koningin in Limburg, maar slechts enkele maanden daarna aanvaardde hij voor de eerste maal de opdracht tot formatie van een kabinet. Zo diende hij in deze hoogste functie vorstin en land met grote toewijding en trouw van 1918—1922, 1923—1925 en van 1929— 1933.
Na zijn aftreden als minister in 1925 werd hij opnieuw lid van de Tweede Kamer, die hem tot haar voorzitter koos, in 1933, welke plaats hij tot zijn dood (17 April 1936) bekleedde.