Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 13-08-2019

Passaat

betekenis & definitie

In het artikeltje over de Bovenwindse eilanden vertelde ik jullie al, dat die eilanden, evenals de Benedenwindse, hun naam aan den passaatwind danken. Nu iets over het ontstaan van deze winden.

In de eerste plaats dan moeten jullie weten, dat zich langs de linie, zowel op het land als op zee, een gordel van lagen luchtdruk uitstrekt, die daar het gehele jaar door aanwezig is. Een van de voornaamste oorzaken van zijn ontstaan is het feit, dat door de sterke verwarming aan de linie, de lucht uitzet en die uitgezette lucht weinig druk op de aarde uitoefent.

Op de grenzen van de tropen bevinden zich boven de zee, eveneens gedurende het gehele jaar, gordels van hogen luchtdruk, die zich maar heel weinig verbreden en verplaatsen.

Nu weten jullie reeds, dat wind is de verplaatsing van luchtdeeltjes. Om ’t nu eens heel eenvoudig te zeggen: daar, waar die hoge luchtdruk is, zijn te veel luchtdeeltjes, daar, waar de lage luchtdruk is, te weinig. Nu stroomt dus de lucht van de randgebieden der tropen naar de linie, om daar weer op te stijgen.

Deze constante luchtstroom, anders gezegd wind, noemt men passaat. Wanneer nu de aarde niet draaide, zou de wind recht naar den equator waaien, maar daar de aarde wel draait, krijgt de wind een afwijking: op het Noordelijk halfrond naar rechts, op het Zuidelijk halfrond naar links. Daarom spreekt men op het Noordelijk halfrond van den N.O. Passaat en op het Zuidelijk halfrond van den Z.O. Passaat.

< >