is een kleur-, reuk- en smaakloze stof, gewoonlijk voorkomend in vloeibaren toestand. Het is een mengsel van verschillende hoge koolwaterstoffen en wordt gewonnen uit ruwe petroleum en als bijproduct bij de distillatie van bruinkoolteer.
Deze teerbewerking is zeer omslachtig en levert geheel andere producten dan bij steenkolenteer. De teer wordt eerst met spiritus gewassen, waardoor de zure bestanddelen opgelost worden. De gewassen teer levert door distillatie photogeenolie (waaruit door voortgezet distilleren o.a. zware benzine en gele motor-olie gewonnen wordt), paraffine, pek en gas. In koelcellen laat men de vloeibare paraffine tot een vaste massa stollen, die bij de fabricage van kaarsen gebruikt wordt. Ook vaseline bevat paraffine. Het smeltpunt van vaste paraffine is 50 tot 540 Celsius.
Zachte paraffine dient voor het impregneren van lucifershoutjes, het isoleren van draad, het maken van wrijfwas, enz. Geparaffineerd papier wordt gebruikt tot het luchtdicht afsluiten van stoffen, die men voor bederf bewaren wil, b.v. in flessen met ingemaakte vruchten.
