Wie van jullie kent niet een kraan, heeft er nooit in zijn jeugd heerlijk mee gespeeld, onvermoeid pakjes in het pakhuis gehesen of een prachtige kraan gebouwd met zijn meccano-doos?
We onderscheiden in de eerste plaats vaste en verplaatsbare kranen en dan verdeelt men ze weer naar de wijze, waarop ze bewogen worden; dat gaat dus van de met de hand bewogen kraan tot de kraan, die door stoom of electriciteit wordt bewogen. Steeds meer heeft men de kranen aangepast aan speciale doeleinden.
In alle grote havenplaatsen rijden kranen op rails langs vele kaden, vlak langs het water.
In grote fabrieken en werkplaatsen gebruikt men veelal loopkranen, d. z. verplaatsbare kranen, die zich vlak onder de zoldering bewegen, dikwijls in twee richtingen. Het geheel kan zich n.l. bewegen over twee rails, die in de lengte van het gebouw zijn aangebracht. De eigenlijke kraan kan zich bovendien over de loopkatten, dat zijn de grote dwarsbalken, die met de uiteinden over de rails rijden, heen en weer bewegen. Zo kan elke plek in het gebouw bereikt worden. Gemakkelijk, hè?
Er zijn nog vele andere kranen; hier en daar zul je er nog wel eens een aantreffen in ons boek!