Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Gepubliceerd op 09-08-2019

Kardinaal

betekenis & definitie

Dit is de titel van de dragers der hoogste waardigheid in de R.K. kerk na die van den Paus. Het woord kardinaal is afgeleid van het Latijnse woord cardinalis, dat hoofdzakelijk of uitstekend betekent en welk woord op zijn beurt weer verband houdt met „cardo”, het hengsel, waaraan de gehele deur draait.

Het spraakgebruik van den tegenwoordigen tijd, dat een hoofdzaak, waarop alles aankomt, dikwijls de „kardinale kwestie” noemt, zal je duidelijk maken, wat de juiste betekenis van dezen titel is.Na de 11e eeuw werd de titel van kardinaal uitsluitend gedragen door de leden van het college van bisschoppen, presbyters en diakenen, dat te Rome den paus bij de uitoefening van zijn taak behulpzaam was, vooral toen paus Nicolaas II aan dit college in 1059 de bevoegdheid verleende om den nieuwen paus te kiezen.
Latere pausen schonken den kardinalen achtereenvolgens een hogeren rang dan den bisschoppen, een roden hoed met vorstelijken mantel, het voorrecht om een witten draagstoel met roden hemel te gebruiken en tenslotte den titel van Eminentie.
Men onderscheidt 6 kardinaal-bisschoppen, 50 kardinaal-priesters en 14 kardinaaldiakenen, die tezamen met den paus het geestelijke college vormen. Het aantal der kardinalen is in 1586 op zeventig vastgesteld, doch meestal zijn niet alle kardinaalszetels bezet. De kardinalen worden uitsluitend door den paus gekozen en bevorderd.
Hun taak is, hem in alle belangrijke zaken als raadgevers te dienen en hem bij te staan in de uitoefening van het allerhoogste kerkelijke en wereldlijke bestuur. Zo is b.v. de kardinaal-staatssecretaris te beschouwen als minister van buitenlandse zaken.
Het belangrijkste voorrecht der kardinalen is, dat in hun conclave (vergadering voor Paus-keuze) de nieuwe paus moet worden gekozen.
In wereldlijken rang staan de kardinalen op één trap met de prinsen uit regerende vorstenhuizen. Hun kleding is een koorkleed met een korten, purperen mantel en een kapje, gedekt met een roden of paarsen hoed, behalve bij de orde-geestelijken, die de kleur hunner orde dragen.