noemden de Europeanen de vorsten, die over het grote Mohammedaanse rijk in Indië regeerden. Hun stamvader was Baber, een achterkleinzoon van den fameuzen Tamerlan.
Deze Baber stichtte een groot Mohammedaans rijk in Yoor-Indië in 1505. Van zijn nakomelingen was het meest bekend Akbar (1542—1605).In hun eigen kringen heetten de heersers sjah, hun huis was namelijk van Perzischen oorsprong, waar de Sjah-titel inheems is. Zo sprak men aan het hof ook Perzisch.
Toen de Engelsen in het begin der 19de eeuw Delhi namen, betekende de macht van den Groot-Mogol al weinig meer en in 1857 werden de leden van het geslacht, die medeplichtig waren geweest aan een gevaarlijken en langdurigen opstand tegen het gezag der Engelsen, ter dood veroordeeld.
De Mogol zelf werd met zijn familie verbannen.