Den bekenden, veel bewonderden en veel bestreden schrijver Eduard Douwes Dekker (1820—1887) ken je waarschijnlijk allen onder zijn schuilnaam Multatuli, dat „ik heb veel (leed) gedragen” betekent.
Hij ging reeds op 18-jarigen leeftijd naar Indië, waar hij in ’s lands dienst werkzaam was. In 1856 werd hij assistent-resident van Lebak en in deze functie werd hij hoe langer hoe meer getroffen door de behandeling der inlanders door hun eigen hoofden, zodat hij tenslotte zijn ontslag nam en zonder pensioen of middelen van bestaan naar Nederland terugkeerde. In 1860 schreef hij zijn bekende werk „Max Havelaar”, een felle aanklacht tegen wat hij als onrechtvaardig beschouwde. Natuurlijk werd zijn boek ook door velen bestreden, maar toch heeft het een machtigen stoot gegeven tot de verbetering van vele Indische toestanden. Behalve „Max Havelaar”, heeft Douwes Dekker o.a. nog geschreven verschillende bundels „Ideeën”, die in zijn tijd zeer bekend waren en een enormen invloed gehad hebben op de Nederlandse literatuur en cultuur, en enige toneelstukken w.o. „Vorstenschool”, dat vele opvoeringen beleefde.