Voornamenboek

Dr. Johannes van der Schaar (1964)

Gepubliceerd op 19-12-2020

Jan

betekenis & definitie

m -> Johannes (Ook Fri., Nederduits, Eng. Po. en Tsjech.).

Wegens de grote frequentie van de naam Jan kwam het voor dat a.g.v. de strikte vernoemingsgewoonten (naar grootouders enz.) de naam in een gezin meer dan een keer voorkwam. Soms maakt men dan onderscheid door te spreken over Groot Jan en Klein Jan (in bijv. Ruinen maakt men in een familie of een buurt dit onderscheid nog). Zie ook Jongejan. Verder ontstonden, om verwarring te voorkomen, vooral in het o. van ons land dubbele vormen als Gerrit Jan (Aalten 1736), Hendrik Jan (1780), Jan Berend (1825), enz. (Gens N. XX, 315 vv.).

Zulke combinaties werden in de laatste decennia een algemeen modeverschijnsel, dat aanvankelijk als deftig gevoeld werd. Jean gecombineerd met een andere naam kende men vroeger ook in het o. van Fra.: Jean Jacques, Jean Nicolas, Jean Paul enz.: ook nog in ‘t Bretons (Dauzat 70, 71).