Westvlaamse namen voor de Wintertaling [De Bo 1873; WVD 1996]. De namen gaven aan dat een Wintertaling maar ongeveer het één vierde van het gewicht van de Wilde Eend (=Volle Eend, ←) had. "ongeveer", want in Vlamertinge (WVl) had de soort de bijnaam Drieling en elders de naam Halfeendje.
In Woumen (WVl) is de naam Zomervierling voor de Zomertaling opgetekend; de Zomertaling is ongeveer even zwaar als de Wintertaling. Zie ook Ortfocla en Veiling.