Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

Gepubliceerd op 26-08-2022

vraag

betekenis & definitie

- in vraag stellen, betwijfelen, in twijfel trekken of betwisten, ter discussie stellen.

Bij ons wordt geen enkele job in vraag gesteld. Integendeel, we hebben nu meer vraag dan normaal voor onze producten en laten daarom een deel van het werk doen in onze vestiging in Polen. - BvL, 10-12-2002.

- zich de vraag stellen, zich vragen stellen, zich afvragen, vraagtekens zetten bij.

Niemand heeft zich de vraag gesteld of een leven dat wordt getekend door waarden en normen, wel aantrekkelijk is. Het antwoord daarop is natuurlijk nee. –

FET, 13-11-2002.

- op vraag van, op verzoek van.

Een rechter beval het bisdom op vraag van de slachtoffers een aantal dossiers over pedofiele priesters openbaar te maken. - DM, 10-12-2002.

- de vraag stelt zich, de vraag rijst.
- niet beter/liever vragen, niet(s) liever willen, verlangen, wensen.