Olibanum, thus, is de naam van een gomhars, die uit den stam van verschillende soorten van Boswellia (zie ald.) in N.-O.-Afrika, in de nabijheid van kaap Guardafui en op een smalle strook in het midden der z.-o.-kust van Arabië, verkregen wordt door insnijdingen te maken en het uitvloeiend melksap vast te laten worden. W. bestaat hoofdzakelijk uit hars, een gomisoort en aetherische olie.
Bij verhitting smelten de hars en de gom en komen de oliën vrij. Voorn, handelsplaatsen zijn Aden, Bombay en Londen (jaarlijks 75—100 Kgr.). W. is in de Kath. kerk in gebruik sedert de eerste eeuwen, niet alleen ter vereering van het H. Sacrament des altaars (zie art. Sacr. d. alt.), en van relikwieën, doch ook ter bijzondere zegening van personen, zaken en plaatsen. ^