De veevoederstoffen des handels, vooral die soorten, die tot meel gemalen, of tot een koekvorm verwerkt zijn, laten zich in haar kwaliteit en gehalte zuiver empirisch niet beoordeelen. Daarom wordt deze beoordeeling, evenals die der handelsmeststoffen en zaaizaden aan de landbouw-proefstations (zie dat artikel) opgedragen, die de voederartikelen in kwestie aan scheikundige analyse naar gehalte aan eiwitstoffen, vetstoffen enz. onderwerpen en bovendien de zuiverheid der artikelen microscopisch onderzoeken.
Zoover dit onderzoek op dezelfde wijze georganiseerd is als de meststofcontróle (zie dit art.), d. w. z. zoover zich de handelaren contractueel vooraf verplichten, een deskundig vastgesteld mindergehalte volgens een vooraf vastgestelden maatstaf te vergoeden, heet dit onderzoek voedercontröle. Men is overigens over de resultaten dezer V. over het algemeen minder tevreden, dan over de resultaten der mest- en zadencontröle, omdat het getal van voederstofhandelaren te groot is, de handelstransactiën, waarover het gaat, in vele gevallen te klein en veelvuldig zijn, om hen allen op dezen weg te bereiken. Volgens oordeel van alle deskundigen is daarom eene bijzondere vercalsehingswet de voederstoffen betreffende, zooals die in Engeland en België bestaat, dringend noodig.
