fam. van de orde der Polycarpen (zie ald.), waterplanten met groote, meest drijvende bladeren, levendig gekleurde bloemen met talrijke bloembladeren, meeldraden en vruchtbladeren. Onderafdeelingen: Cabornbeae, Nelumboneae (zie ald.) en Nymphaeae, waartoe o. a. behooren de Victoria regia (zie ald.) en de nederl. soorten: Nymphaea alba L., witte Plomp, waterlelie, waterroos, met nagenoeg reukelooze, witte bloemen en bijna cirkelronde bladeren, en Nuphar luteum S m., gele Plomp, met sterk riekende, gele bloemen en eironde bladeren.
De vruchten van Nymphaea dragen de litteekens der afgevallen kroonbladeren en meeldraden; die van Nuphar zijn glad. Bij beide soorten vindt men een geleidelijken overgang v. d. kroonbladeren tot de meeldraden.