Gepubliceerd op 23-02-2021

Luisvliegen

betekenis & definitie

Hippoboscidae, insectenfamilie van de orde der tweevleugeligen en van de groep der Pupiparen; de L. hebben een hoornachtig, plat lichaam, waarvan het achterlijf meer lederachtig en voor sterke uitzetting vatbaar is; de kop is groot, de sprieten zeer kort, wratvormig. Hippobosca equina, de grootste soort, leeft op paarden, Lipoptena eer ei houdt zich zoolang zij vleugels heeft op vogels (tetrao-soorten) op, en gaat, na de afwerping der vleugels op het hert over; Melophagus ovinus bewoont de huid van schapen.

De meeste overige soorten leven op vogels en vledermuizen. Geslachten: Hippobosca, Ornithomyia, Olfersia, Stenopterx, Lipoptena, Melophagus, enz.

< >