Böttcher, ofBöttiger. Uitvinder van het zg.
Meiszener porcelein (zie Aardewerk), geb. 4 Febr. 1682 te Schleiz, werd apothekersbediende, liep gevaar als alchimist gevangen gezet te worden, begaf zich naar Dresden, kreeg van vorst Egon van Fürstenberg een laboratorium om goud te maken, trachtte, toen zijn pogingen zonder gevolg bleven, naar Weenen te ontvluchten, werd echter achternagezet, gegrepen en genoodzaakt zijn alchimistische geheimen schriftelijk te openbaren (1704), en zette zich toen aan het saamstellen van een wijdloopig werk, vol mystischen onzin, dat hij in de herfst van 1705 voltooide; op voorstel van den graaf van Tschirnhaussen werd daarop omstreeks dezen tijd een fabriek opgericht tot het verwerken van de in het land overvloedig voorhanden en ongebruikt liggende steen- en aardsoorten, en werd besloten van B.'s diensten gebruik te maken, en hem daarvoor eenige vrijheid toe te staan; de onderneming slaagde naar wensch en het gelukte B niet alleen allerlei aardewerksoorten te verbeteren en te verfijnen, maar hij vond ook een middel om van een in de omgeving van Meiszen voorkomende toonaarde-soort een porcelein te vervaardigen, dat het reeds door Tschirnhausen daargestelde in duurzaamheid en schoonheid verre overtrof; B. werd nu met geschenken overladen, echter nog niet op vrije voeten gesteld, uit vrees dat hij aan het geheim der porceleinfabrikatie een ongewenschte bekendheid zou geven; toen de Zweden in 1706 Saksen binnenvielen werdB. met drie helpers heimelijk naar Künigstein, en het volgend jaar naar Dresden teruggebracht; na den dood van den graaf von Tschirnhausen werd B. weldra administrateur der porceleinfabriek; omstreeks Paschen 1709 werd te Leipzig het eerste in deze fabriek vervaardigde porcelein verkrijgbaar gesteld; de fabrikage werd nu op steeds grooter schaal begonnen; B. trad omstreeks 1717 met lieden te Berlijn in correspondentie, betreffende zijn geheim, hetgeen in 1719 ontdekt werd en zijn veroordeeling ten gevolge had. B. overleed 13 Maart 1719 te Dresden. In 1891 werd te Meiszen een gedenkteeken (bronzen buste) voor hem opgericht.